Vandaag op hetiskoers.nl:
Vergeet Emma, Noorse barbies en alle andere
lekkere meiden. Ik ben verliefd op een man. Een wielrenner. Het is niet
Titi Voeckler, zeg ik maar vast. Nee, het is een Spanjaard en hij draagt
dezelfde voornaam als ik. Alejandro Valverde heet de geluksvogel. Ja, daar word
ik wel warm van.
(Even voor de duidelijkheid: deze jongen is hartstikke
hetero. Straight, voor de volle honderd procent. Vrouwtjes, daar houd ik van.
Donker, blond, langharig, kortharig, ja zelfs in wielerbroek of roze legging:
ik mag er graag naar kijken.)
Maar nog liever kijk ik naar Alejandro.
Het begint allemaal in 2003. Liefde op het eerste gezicht.
In het prachtige shirt van Kelme wint een piepjonge Valverde een etappe in de
Vuelta. Met speels gemak, twee vingertjes in de neus. Na een uitputtende
bergetappe verslaat Alex – koosnaampje! – een klein groepje kleppers. In een
sprintje bergop.
Een klimmer die kan sprinten, of andersom. Iets mooiers
bestaat niet.
In diezelfde ronde wint hij nog een rit. Na drie weken
eindigt hij als derde in het klassement. Even later grijpt hij zilver op het
WK. Wat een renner! Een geniale alleskunner. De Federer van de koers. Of is het
Messi? Grote woorden, ik weet het, maar de liefde wint het van de ratio.
En ach, zucht, die naam: Alejandro Valverde Belmonte. Ja, ik
weet dat we hier met Alex Groenendaal te maken hebben en dat zoiets meteen weer
heel anders klinkt, maar hé, ik ben van het romantische type. Spreek het eens
zachtjes uit. De j die een harde g-klank is, de rollende rrrr, de v die een
zachte b wordt.
Doe dat. En zie de warmte trillen boven de olijfboomgaarden
rond Murcia, Valverde’s geboortestad, met witte huizen en smalle straatjes waar
het leven pas op gang komt als de verzengende zon is gaan slapen.
Toegegeven, bij Sander Peters pakt dat net even anders uit.
Laten we de fysiek niet vergeten, altijd belangrijk in de
wielrennerij. Ook lichamelijk voel ik me stevig tot Alejandro aangetrokken.
Lijf in proportie: geen sliertige slungel als de Schlecks, ook geen ondermaatse
smurf als Rujano. Fraaie zit ook. En vooral: een goeie kop, beetje ongeschoren,
stevige kaaklijn, vrolijke ogen. Een slimme, humoristische kerel, dat moet
haast wel.
En een winnaar dus. Hij wint veel en vaak. Grote
klassiekers, etappes in rondes, korte etappekoersen, en één keer de Vuelta.
Mooier nog is dat Valverde ook geregeld knokkend ten onder gaat. Zie ‘m
schokschouderen, zigzaggen over snel stijgende Franse wegen, zie ‘m vastlopen
in het gesmolten asfalt. Op de onvermijdelijk jour sans die hem bijna
in iedere Tour treft.
Z’n prachtige bijnaam El Imbatido (De Onverslagene)
ten spijt, is Valverde geen robot. Geen Armstrong. Geen Evans. Zelfs geen natte
tosti.
Hij is een mens. En sympathiek.
Nu, dik acht jaar later, voel ik ze nog steeds: de kriebels
in m’n buik. Of beter, ik voel ze weer. Alex is namelijk terug. Terug op het
toneel, na een afwezigheid van twee jaar. Meteen is het raak: winst in de
koninginnenetappe van de Tour Down Under, een paar weekjes later wint hij de
Ruta del Sol. En de koninginnenrit natuurlijk.
Wat een talent, wat een renner.
Wat een man.
Wat een man.
Leuk stuk, alleen jammer dat het niet over een eerlijke renner gaat of in ieder geval eentje die z'n fout toegegeven heeft.
BeantwoordenVerwijderenThanks. Enne... eerlijke renners? Ik geloof er niet zo in. Mooie sport, mooi spektakel, maar eerlijk? Nee. Denk ik.
Verwijderen